niet voor het eerst
dat wat ik dicht
openspringt als balsemien
recht in mijn gezicht
het zwichten voor de klap
van het blind vooruitzien
hoe schrap ik dat
en schat ik toeval op zijn waarde
schrijf ik mezelf de hemel in
of beter in de aarde
het is gelijk
dus van de zotte
'ieder einde'
is ten slotte
en 'misschien'
een nieuw begin