Zoeken in deze blog

donderdag 16 februari 2017

Op de Dam

op de Dam,
halverwege tegen de pyloon
van het Nationaal Monument
stond hij alsof hij eraan gekruisigd was

ik hield mijn hand boven mijn ogen
maakte ze klein en tuurde
het kon hem niet zijn, maar hij was ‘t!
PAPA!

hij keek op me neer en riep
jij wou me niet meer zien toch?
wel! maar je was dood! ik kon je niet zien!
op de derde trede stond mijn moeder een ijsje te eten
ze keek wel, maar ze zag niks

in de volgende seconde lagen ze beiden
op een enorm podium tussen zachte kussens
Indiase bloemen dreven in rood, oranje en roze
in blauw gemaakt water om hen heen
hij zat nog steeds met zijn armen wijd
op een onzichtbaar kruis

zij lag dement en tandeloos om zich heen te slaan
‘dit is dus de dochter die haar ouders niet meer wilde zien’
galmde een stem door de zaal

ik keek achter me en zag een amorfe mensenmassa
waar glasheldere glaasjes uit staken
met op de rand een olijf en een rode peper

‘aan het kruis met haar, aan het kruis met haar’!

toen de lucht serieus betrok
deed ik op de tast een lamp aan

Raven

hij kwam de berg afgerend
met een boom in zijn hand
en zijn mond vol kersen
terwijl zij net haar petticoat
aan een wilgentak vastknoopte

of ze een ‘vaathsje’ had
en wilde ‘thzoenen’

-tot jam-
I smell better
think deeper
feel more, now
zei hij

die avond was zij van sandelhout
-hij droeg zijn bergschoenen-
zij blies 7 kaarsen tegelijk aan
en vroeg hoeveel een ketter eigenlijk rookt
en of het jatten is, als je steelt van de raven

hij zei
that hormones were hanging around him,
like the warm and delicious sirocco
that sweeps across the sahara
and inflames the passion of lovers

who are you
she said

Alan
just Alan, your raven