Na een horrible tango
toog de roos van vlees,
-in Serpentina’s petticoat-
terug naar Oegstgeest.
De perzik van onsterfelijkheid,
van brandende liefde,
verliet de dominee met de strooien hoed,
de hond met de blauwe tong.
Voorgoed deze keer.
Alle verhalen van de
onverbiddelijke tijd
vol Turks fruit en gesponnen suiker,
in de kop van de doodshoofdvlinder.
Stervend op een blaadje gifsla.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten