Zoeken in deze blog

zaterdag 3 november 2012

Die nacht



ze had overal kunnen zijn, op een lachend
strand of onderweg, met een stalen paard
naar Zimbabwe, Honolulu, Machu Picchu
Chang Hai of Ankara, waar een vermomde paria
in een bodem koffiedrab zou lezen wat haar toekomt

op grijnzende afstand van de slaap, die haar nu met
een vingerknip het Park van Pret injaagt, prêt à porter
het zelfklevend droomgewaad, ze baadt er in
en calls for Jim who made the blue cars go away

hij hoort haar niet, hoe kon hij ook, ze is nog hier
driftig duikend voor het steekspel en de grimmige
grimassen van een wit geschminkte tierelier

tot het einde moet en zal ze gaan, in razende snelvaart
langs het naderende, denderende, gele monster af
langer dan het afscheid dat haar wacht in de grofgeweven
mazentunnel, enger steeds enger, tot ze met een gouden
schaartje dat bungelt om haar nek, in een lauwe wolk gaapt


Geen opmerkingen:

Een reactie posten