zo, verzonken
vastgeklonken
aan het platte land
waar mannen hinkelden op
hun sterkste been
heen en weer
langs schapen met een overbite
die hen te grazen namen
en die later, met opgezette
voeten in het kroost
het oude lied zongen:
'waak kindje waak
daar buiten drijft een draak
naakt in een bootje'
als het langskwam
( het kwam altijd langs)
wendden zij het gezicht af
of renden in cirkels
zo snel,
dat zij ogen in hun rug kregen
wat zou ze geweten hebben
van stars en van
stripes on red suits
dripping from diving
in levensgevaarlijke kennis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten